FIGEE Haarlem
Foto's en tekst deels van Ad Gevers
	De stoommachinefabriek van Hendrik FIGEE was gelegen aan het Spaarne. In 1866 werden de broers Thomas Figee en Hendrik Figee jr opgenomen in het vennoot van het bedrijf van hun vader, een jaar later werd de naam van het bedrijf veranderd in Gebroeders Figee. In 1883 kochten de Gebr. FIGEE Figee de scheepswerf "Conrad" die aan de andere kant van het Spaarne in Haarlem was gelegen. De werf was vernoemd naar ingenieur Frederik Willem Conrad (1800-1870). Figee wilde ook baggermolens gaan maken; die zouden kranen nodig hebben die door Figee aangeleverd konden worden. Het bedrijf werd dan ook een snel specialist in het bouwen van kranen, met name havenloskranen en bovenloop kranen. Ook werden er enkele excavateurs gebouwd.
0010 Excavateur voor het graven van sleuven
0011 Excavateur
	Toch was er regelmatig vraag voor een kraan welke ingezet moest worden bij het grondverzet.
0012 Grijperkraan
	Er werd een grijpertopkraan ontwikkeld op een rupsonderstel en wel in drie verschillende uitvoeringen. Volgens de hijstabel van FIGEE konden deze kranen uitgevoerd worden als dragline, met als keuze een 600, 800 of 1000 liter bak.
0013 Grijpertopkraan op rupsonderwagen
0014 Grijperkraan op rupsonderwagen met poliepgrijper.
0015 Grijper kraan op rupsen
0016 Grijperkraan op rupsen bij de bouw van de verkeersbrug bij Zaltbommel in 1931
0017 Grijperkraan
0018 Grijperkraan
0019 Grijperkraan
	Toch kwam men uiteindelijk tot de bouw van een echte dragline de Cycloop genaamd. Er werden in de periode 1945, 1946 slechts zes exemplaren van gebouwd, allen met een bakken met een inhoud van 1000 liter.
0020 De "Cycloop".
0021 Een omgevallen Cycloop.
	Na de tweede wereldoorlog kwam het Marshallplan op gang, het hulpprogramma van de Amerikanen, waardoor er naar verhouding veel goedkope draglines op de Nederlandse markt verschenen. Hier kon FIGEE niet tegen concurreren en stopte de productie van draglines. In 1956 hervatte FIGEE voor korte tijd de productie van draglines door de licentie over te nemen van STORK kranenbouw voor het assembleren van de Amerikaanse LORIAN 26 in Nederland omgedoopt tot type  L 25A. Bij de assemblage werden steeds meer onderdelen vervangen door in eigen beheer geproduceerde onderdelen zoals, giekschijven, rupsplaten en pennen en delen van de onderwagen op den duur werd een  kwart van de machine zelf geproduceerd en kwam driekwart aan in grote kisten waardoor er een opslag probleem ontstond op het fabriekterrein, er werd dan ook naarstig gezocht om van deze lastige situatie af te komen, die oplossing werd gevonden door LORIAN zelf die de assemblage verplaatste naar Apeldoorn, twee technici en een administrateur werden van FIGEE overgenomen.
0025 Een "Nederlandse" LORIAN type L 25A verlaat het fabrieksterrein.
0026 Advertentie van GEVEKE die de LORIAN in haar leveringsprogramma had opgenomen.
0027 LORIAN Type L 25A.